Waarom investeren in landschap loont: een visie op de Nota Ruimte
Nederland staat voor grote ruimtelijke opgaven. Hoe verdelen we de beschikbare ruimte tussen wonen, natuur, landbouw, energie, klimaatadaptatie en waterbeheer? Het Rijk werkt al enige tijd aan de nieuwe Nota Ruimte om richting te geven aan deze vraagstukken en de inrichting van ons land. Na het publiceren van een voorontwerp volgt binnenkort de ontwerp Nota Ruimte.
Bij al deze ruimtelijke vragen is er een belangrijk aandachtspunt: hoe houden en versterken we de kwaliteit van onze leefomgeving? En wat betekent dit voor de kwaliteit van ons landschap? Het antwoord op die vraag is niet eenvoudig, maar voor LandschappenNL staat voorop dat die landschappelijke kwaliteit bij alle keuzes, nadrukkelijk wordt meegenomen.
Beschermen van landschappelijke waarden
Belangrijke landschappelijke waarden moeten beschermd worden. In veel gevallen gaat het hierbij om (inter)nationaal erkende kernkwaliteiten op het gebied van natuur en erfgoed. Daarbij kun je denken aan de verkavelingsvorm in de Beemster, het stelsel van kleinschalige elzensingels en houtwallen in de Noordelijke Friese Wouden of de waterstaatkundige werken en forten van de waterlinies. Tegelijkertijd bieden ruimtelijke opgaven in andere gebieden kansen om landschapskwaliteit te versterken. Daarmee wordt niet alleen veel (lokaal) draagvlak gecreëerd, maar ontstaat ook een duurzamere leefomgeving met een toekomstbestendig landschap.
Deze aanpak wordt niet altijd zonder meer omarmd. Veel ontwikkelaars wijzen snel op de extra kosten die dit met zich meebrengt. Wat vaak vergeten wordt, is dat deze investeringen dubbel en dwars worden terugverdiend met de baten die zo’n landschap oplevert. Het gebied wordt aantrekkelijker om te wonen en recreëren; een beleefbaar landschap dat zorgt voor meer welzijn en minder ziekte en voor extra waarde voor woningen.
Hoe versterk je landschapskwaliteit?
Het versterken van de landschapskwaliteit klinkt mooi, maar hoe doe je dat eigenlijk? Een belangrijk stap is het erkennen dat deze kwaliteit per gebied verschilt. Wij spreken graag over een streekeigen landschap, met eigen karakteristieken die worden bepaald door de ondergrond – water en bodem - en door de cultuurhistorie.
Leg die kenmerken vast, bijvoorbeeld in een landschapsbiografie. Zo’n biografie vormt een mooie basis van kenmerkende eigenschappen die in het gebied versterkt kunnen worden. Daarbij gaat het niet alleen om losse elementen, maar ook om de streekeigen patronen en structuren in het landschap. En om natuur die past bij het gebied, zowel in de beschermde terreinen als in het agrarisch cultuurlandschap, zoals weidevogels, rietlandjes of houtwallen. Een goed voorbeeld is de uitwerking van het Aanvalsplan landschap, met het doel om 10% van het landelijk gebied in te vullen met een netwerk van streekeigen landschapselementen.
Landschap als leidraad in ruimtelijke keuzes
Deze zienswijze sluit goed aan bij de leidende principes die in de ontwerp Nota Ruimte nadrukkelijk zijn opgenomen en met name het ‘recht doen aan eigenheid: gebiedskenmerken centraal’. Dit principe kan volgens ons alleen goed opgepakt worden als cultureel erfgoed, water en bodem centraal staan bij iedere ruimtelijke opgave. Behoud waardevolle natuur en erfgoed door onvervaard te beschermen waar nodig, versterk landschappelijke waarden waar nieuwe ontwikkelingen onvermijdelijk moeten worden ingezet en benut de karakteristieken van het landschap daarbij als inspiratie.
Door te investeren in landschapskwaliteit bouwen we aan een toekomstbestendig Nederland. Streekeigen landschappen dragen niet alleen bij aan biodiversiteit en klimaatadaptatie, maar ook aan het welzijn van bewoners en de aantrekkelijkheid van regio’s voor wonen en recreatie. Landschapskwaliteit vormt daarmee een duurzame basis voor ruimtelijke keuzes die recht doen aan de opgaven én de unieke identiteit van ons land.